Imperfectum klasse 1-3

 0    34 schede    paulinawalczuk9
inizia ad imparare

Scarica mp3 Stampa Gioca Testa il tuo livello
 
Domanda Nederlands, Vlaams Risposta Nederlands, Vlaams
Breken
inizia ad imparare
Ik BRAK mijn been 2 j geleden (braken)
Begrijpen
inizia ad imparare
Ik BEGREEP dat word niet goed (begrepen)
Blijven
inizia ad imparare
Zij BLEEF tijdens de pauze in de klas (bleven)
Bijten
inizia ad imparare
Het meisje BEET in de appel (beten)
Kijken
inizia ad imparare
Wendy KEEK nooit TV (keken)
Krijgen
inizia ad imparare
Mijn zoontje KREEG een cadeautje van Sinterklaas (kregen)
Ontbijten
inizia ad imparare
Je ONTBEET gisteren heel lekker (ontbeten)
Rijden
inizia ad imparare
Hij REED 1000 km met de auto (reden)
Schijnen
inizia ad imparare
De zon SCHEEN de hele dag (schenen)
Schrijven
inizia ad imparare
Ze SCHREEF een brief (schreven)
Snijden
inizia ad imparare
Mijn tante SNEED altijd de groenten voor de soep (sneden)
Stijgen
inizia ad imparare
De temperatuur STEEG tot 42 C (pl. stegen)
Strijken
inizia ad imparare
Mijn man STREEK de hemden (pl. streken)
Wijzen
inizia ad imparare
Die mevrouw WEES me de weg naar het station (pl. wezen)
kiezen
inizia ad imparare
Ik KOOS in de winkel een mooie das (pl. kozen)
verbieden
inizia ad imparare
Mama VERBOOD dat (verboden)
verliezen
inizia ad imparare
Club VERLOOR de voetbalmatch (verloren)
Vliegen
inizia ad imparare
De piloot VLOOG sinds 2010 (vlogen)
Vriezen
inizia ad imparare
Het VROOR gisteren tot -5
Sluiten
inizia ad imparare
De leraar SLOOT de deur tijdens de pauze
Beginnen
inizia ad imparare
De cursus Nederlands BEGON vorige week (begonnen)
drinken
inizia ad imparare
Ik DRONK in Frankrijk lekkere wijn (dronken)
klimmen
inizia ad imparare
De aap KLOM in de boom (klommen)
Springen
inizia ad imparare
Het jongetje SPRONG in het zwembad (sprongen)
vinden
inizia ad imparare
ik VOND op de straat een briefje van 50 euro
winnen
inizia ad imparare
Ze won de lotto (wonnen)
zingen
inizia ad imparare
Mijn dochter zong bijna elke dag hetzelfde liedje
Trekken
inizia ad imparare
Het kindje TROK aan mijn haar
Aantrekken
inizia ad imparare
Het was koud in de klas. Ik TROK mijn jas AAN (trokken aan)
uitrekken
inizia ad imparare
Het was te warm in de klas: ik TROK mijn trui UIT
vertrekken
inizia ad imparare
De bus VERTROK om 7.45u
Zwemmen
inizia ad imparare
Hij zwom 50 meter.
helpen
inizia ad imparare
De lerares HIELP de cursist (hielpen)
sterven
inizia ad imparare
Mijn grootmoeder STIERF vorig jaar
Crea delle schede
Nederlands, Vlaams

Devi essere accedere per pubblicare un commento.