1. dus
Ik denk, dus ik ben.
De taal maakt een geweten, dus let op wat ge hier schrijft of vertaalt!
Vandaag is de melkboer begraven. Er was veel volk, want op het dorp kende iedereen hem. "O, is er in Linschoten een melkboer?" "Nou nee, nu dus niet meer!"
Dus de term wordt gebruikt in twee verschillende betekenissen.
Dus we houden van zinnen. Maar van talen houden we nog meer.
We gaan de definitieve agenda vrijgeven op maandagmorgen 20 januari. Dus reageer snel alsjeblieft.
Het was een grote vuilcontainer, zei Dima, "en er was een heleboel eten, dus... het was niet direct oncomfortabel. Maar ja, het stonk wel nog erger dan het achterste van een ezel."
O, het is veel meer, glimlachte Dima. "Maar eigenlijk is dit een collect call. Dus jij bent de noob, want jij betaalt."
Ze zei dat ik het aan niemand moest vertellen. Dus heb ik mijn mond gehouden.
Dus er is geen enkel probleem?
Dit boek heeft zestig bladzijden. Dus, als ik elke dag vijftien bladzijden lees, zal ik het hele boek in vier dagen uit hebben.
Vier meter van deze stof kost negen frank; dus twee meter kost vier en een halve frank.
Esperanto is gemakkelijker dan alle nationale of natuurlijke talen, men kan het dus onvergelijkbaar veel sneller, goedkoper en gemakkelijker ten gronde leren.
Dus?
Niet elk genie is een ingenieur, maar alle ingenieurs zijn genieën. De verzameling van alle ingenieurs is dus een deelverzameling, spijtig genoeg een strikte deelverzameling, van de verzameling van alle genieën.
Olandese parola "quindi"(dus) si verifica in set:
E, o, ma, quindi... - En, of, maar, dus...